Tagging van zeedieren
Tags leveren informatie over de biologie van een soort. Conventionele, niet-elektronische tags (zoals die van duiven e.a. vogels) worden frequent gebruikt in vangst-hervangst studies en verschaffen informatie over de grootte, structuur en habitat van een populatie en de levenswijze van individuen. De grote handicap is echter dat data enkel beschikbaar zijn voor die momenten waarop getagd is en de (soms zeldzame) momenten van hervangst. Individueel herkenbare en afleesbare kleurmerken lossen een deel van dit probleem op, maar zijn nog steeds afhankelijk van observatoren bereid om de dieren op te sporen en te identificeren. Daarom zijn elektronische tags ontworpen, sterk geminiaturiseerde computers met verscheidene sensoren die zowel de omgeving als eigenschappen van het getagde dier zelf continu registreren. De eerste keer dat een vis (een Atlantische zalm) voorzien werd van een conventionele tag was in 1873. Het globaal gebruik van elektronische tags bij mariene dieren kwam pas echt op dreef vanaf 1990, na de doorbraak in de satelliet- en computertechnologie[1]. Tot nu toe is tagging van zeedieren de enige techniek die ons in staat stelt om hun gedrag gedetailleerd te bestuderen in hun soms lange oceanische zwerftochten. Als afgeleide kunnen deze of andere zeedieren ook ingezet worden om extra metingen te doen op plaatsen die voor conventionele apparatuur moeilijk of aan té hoge kost bereikbaar zijn.
Soorten elektronische tags
Er bestaan verscheidene soorten tags die in de mariene omgeving ingezet worden. Sommige worden uitwendig aangebracht, andere in het lichaam van het dier ingebracht. Drie tag types zijn meer gebruikelijk: archiverende (Figuur 1), pop-up archiverende (Figuur 2) en satelliet positionerende tags (Figuur 3)[4]. De eerste soort zijn kleine tags die om de paar seconden de datum, tijd, zwemdiepte, (lichaams-) temperatuur en lichthoeveelheid opslaan tot een periode van 10 jaar, waarna de volledige opslagcapaciteit benut is. Om alles te kunnen downloaden moeten deze tags gerecupereerd worden. Daarom worden ze vooral aangebracht bij dieren die een hoge kans hebben om hervangen te worden, zoals zeevogels en schildpadden. Pop-up archival transmitting (PAT) tags worden daarentegen altijd extern aangebracht, zodat ze kunnen loskomen en naar het oppervlak drijven op een vooraf ingesteld tijdstip. Eens boven water wordt een samenvatting van de gegevens via satelliet doorgestuurd, terwijl de rest later kan gedownload worden. Een derde populair systeem zijn Satelliet gepositioneerde tags. Dit type tag wordt eveneens extern bevestigd en heeft een antenne. Wanneer boven water kan met GPS en satelliet gecommuniceerd worden en een bijna realtime informatiestroom verkregen worden. Deze tags worden daarom gehecht aan dieren die voldoende tijd aan het oppervlak doorbrengen. Minder ontwikkeld is het gebruik van onder andere GSM tags, akoestische tags en digitale akoestische recording tags.
Overkoepeling
Het Ocean Tracking Network (OTN) is het meest uitgebouwde project, dat duizenden mariene dieren “etiketteert”. Het systeem werkt met een netwerk van ontvangers, die registreren wanneer een getagd dier naderbij is. De ontvangers liggen in lijnen langs migratieroutes en staan in verbinding met satellieten[5]. Een ander bekend project is Tagging of Pacific Predators (TOPP), dat reeds werd opgezet in 2000. Verschillende types tags worden hierbij aangebracht bij 23 soorten toppredatoren in het noordelijke deel van de Stille oceaan[1].
Toepassingen
Elektronische tags onthullen onder meer waar en wanneer de dieren reizen, hoe snel ze zich voortbewegen, fysieke details zoals hun hartsnelheid en lichaamstemperatuur, standaard oceanische eigenschappen (temperatuur, saliniteit), tijd en diepte[6]. Samen met anders verkregen abiotische data (bv. via boeien en profilers, remote sensing, schepen en instrumentarium) laten deze gegevens toe om inzicht te krijgen in het gedrag van dieren en hoe ze interageren met de oceaan. Andere toepassingen waarvoor dierentelemetrie gebruikt wordt zijn oceanische voorspellingen, ruimtelijke planning, visserijbeheer en de bescherming van bedreigde diersoorten[7] . Bovendien komen sommige zoogdieren op locaties waar moeilijk gegevens verzameld kunnen worden. Sprekende voorbeelden hiervan zijn bv. de inzet van Zuidelijke zeeolifanten bij metingen onder de Antarctische ijskappen. Ook kleinere walvissen en arctische tandwalvissen worden gebruikt voor metingen onder het ijs[8].
Bronnen
- ↑ 1.0 1.1 http://www.topp.org/about_topp
- ↑ http://www.cefas.defra.gov.uk/our-science/fisheries-information/tagging-programmes.aspx
- ↑ 3.0 3.1 http://www.wildlifecomputers.com/
- ↑ http://www.scor-int.org/Tech_Panel/SCOR-tagging.pdf
- ↑ http://oceantrackingnetwork.org/docs/OTN%20May12_prf3.pdf
- ↑ http://unesdoc.unesco.org/images/0018/001878/187825E.pdf
- ↑ http://www.ioos.gov/observing/animal_telemetry/welcome.html
- ↑ http://what-when-how.com/marine-mammals/telemetry-marine-mammals/
Please note that others may also have edited the contents of this article.
|