Elegante honingvlokreeft
Elegante honingvlokreeft
De elegante honingvlokreeft Melita nitida was oorspronkelijk enkel terug te vinden langs de oost- en westkusten van Noord-Amerika. Via scheepvaart (op scheepsrompen of in het ballastwater) kwam de soort naar Europa, waar hij voor het eerst opgemerkt werd in de Nederlandse Westerschelde in 1998. Dit niet-inheemse vlokreeftje werd voor het eerst in België waargenomen in 2003, in het Schelde-estuarium ter hoogte van Doel. Opmerkelijk is dat dit vlokreeftje vooral voorkomt onder Japanse oesters Crassostrea gigas en onder stenen: plekken die door inheemse vlokreeften minder bevolkt worden
|
Contents
- 1 Wetenschappelijke naam
- 2 Oorspronkelijke verspreiding
- 3 Eerste waarneming in België
- 4 Verspreiding in België
- 5 Verspreiding in onze buurlanden
- 6 Wijze van introductie
- 7 Redenen waarom deze soort zo succesrijk is in onze contreien
- 8 Factoren die de verspreiding beïnvloeden
- 9 Effecten of potentiële effecten en maatregelen
- 10 Specifieke kenmerken
- 11 Weetjes
- 12 Geraadpleegde bronnen
Wetenschappelijke naam
Oorspronkelijke verspreiding
Het oorspronkelijk verspreidingsgebied van de elegante honingvlokreeft strekt zich uit langs de Atlantische - van de Golf van St. Lawrence (Canada) tot het Yucatan schiereiland (Mexico) - en de Pacifische kusten van Noord-Amerika - van Straat van Georgia in Canada tot Elkhorn Slough in California (Faasse & Van Moorsel, 2003)[1]. Mogelijk ligt de oorsprong van dit vlokeeftje enkel aan de oostkust van Noord-Amerika en werd het geïntroduceerd in de westkust door de massale invoer van de Amerikaanse oester Crassostrea virginica voor aquacultuur (Faasse & Van Moorsel, 2003)[1].
Eerste waarneming in België
De eerste waarneming van het elegante honingvlokreeftje in het studiegebied was tevens de eerste waarneming van de soort in Europa. Op 13 oktober 1998 werd in het brakke deel van de Nederlandse Westerschelde nabij Bath een vlokreeftje aangetroffen, dat oorspronkelijk als Melita sp. determineerd werd. (Van Moorsel en Waardenburgh 1999)[2]. Later bleek dat het hier om de elegante honingvlokreeft Melita nitida ging (Faasse & Van Moorsel, 2003)[3].
Waarnemingen in de Belgische Zeeschelde lieten tot 2003 op zich wachten, toen de elegante honingvlokreeft werd waargenomen ter hoogte van Oude Doel (ten noorden van Doel) (Faasse, pers comm)[4].
Verspreiding in België
TEKST
Verspreiding in onze buurlanden
TEKST
Wijze van introductie
TEKST
Redenen waarom deze soort zo succesrijk is in onze contreien
TEKST
Factoren die de verspreiding beïnvloeden
TEKST
Effecten of potentiële effecten en maatregelen
TEKST
Specifieke kenmerken
TEKST
Weetjes
TITEL
TEKST
Geraadpleegde bronnen
- ↑ 1.0 1.1 Faasse, M.; Van Moorsel, G. (2003). The North-American amphipods, Melita nitida Smith, 1873 and Incisocalliope aestuarius (Watling and Maurer, 1973) (Crustacea: Amphipoda: Gammaridea), introduced to the western Scheldt estuary (The Netherlands) Aquat. Ecol. 37(1): 13-22. details Cite error: Invalid
<ref>
tag; name "faase2003" defined multiple times with different content - ↑ van Moorsel, G.W.N.M.; Waardenburg, H.W. (1999). De sublitorale begroeiing van de geulwandverdediging bij Bath in de Westerschelde in 1998. Bureau Waardenburg Rapport, 99.02. Bureau Waardenburg: Culemborg. 39 pp. details
- ↑
- ↑ Pesoonlijke Mededeling Marco Faasse 2011