Difference between revisions of "Oesterpark Imschoot Brock"
(New page: __NOTITLE__ ==Oesterpark “Van Imschoot-De Brock et Cie” (ca. 1852/1853-1888)== Rond 1852-1853 moet het oesterpark van “Van Imschoot-De Brock et Cie” aangelegd zijn bij de werf op ...) |
(→Oesterpark “Van Imschoot-De Brock et Cie” (ca. 1852/1853-1888)) |
||
Line 5: | Line 5: | ||
− | Hoe de ontstaansgeschiedenis van “Van Imschoot-De Brock et Cie” ook in elkaar zat, de uitbating van het complex werd door de familie De Brock waarschijnlijk al snel overgelaten aan anderen. Rond 1861 werd Ernest Janssens immers al aangeduid als directeur van de hele onderneming.<ref>[http://search.ugent.be/meercat/x/bkt01?q=900000014386 Handschriftencollectie UGent - Documenten Betreffende Oostende: Lauwers, J.B., Jugements prononcés par le tribunal de commerce d'Ostende, Gent, 1861.]</ref> De naam bleef echter het hele bestaan van de kwekerij lang “Van Imschoot-De Brock et Cie”, wat doet vermoeden dat de eigendomspapieren wel in handen bleven van de originele oprichters. Vanaf 1884 werd duidelijk dat het oesterpark, net als de kwekerijen van [[Oesterpark Desmet|”Desmet”]], [[Oesterpark Roger-Lohr|”Roger-Lohr”]], [[Oesterpark Stichert-Stracke|”Stichert-Stracké”]] en [[Oesterpark De Brock|”De Brock”]], zou moeten verdwijnen omwille van de verbeteringswerken die zouden uitgevoerd worden aan de Oostendse haven. In februari 1888 werd in de lokale krant ''La Feuille d’Ostende'' dan ook aangekondigd dat het oesterpark “Van Imschoot-De Brock et Cie” op 1 maart van dat jaar openbaar verkocht werd.<ref>[http://god.biboostende.be/ViewDocument.asp?FTCID=32820 La Feuille d’Ostende, 26 februari 1888.]</ref> | + | Hoe de ontstaansgeschiedenis van “Van Imschoot-De Brock et Cie” ook in elkaar zat, de uitbating van het complex werd door de familie De Brock waarschijnlijk al snel overgelaten aan anderen. Rond 1861 werd Ernest Janssens immers al aangeduid als directeur van de hele onderneming.<ref>[http://search.ugent.be/meercat/x/bkt01?q=900000014386 Handschriftencollectie UGent - Documenten Betreffende Oostende: Lauwers, J.B., Jugements prononcés par le tribunal de commerce d'Ostende, Gent, 1861.]</ref> De naam van het bedrijf bleef echter het hele bestaan van de kwekerij lang “Van Imschoot-De Brock et Cie”, wat doet vermoeden dat de eigendomspapieren wel in handen bleven van de originele oprichters. Vanaf 1884 werd duidelijk dat het oesterpark, net als de kwekerijen van [[Oesterpark Desmet|”Desmet”]], [[Oesterpark Roger-Lohr|”Roger-Lohr”]], [[Oesterpark Stichert-Stracke|”Stichert-Stracké”]] en [[Oesterpark De Brock|”De Brock”]], zou moeten verdwijnen omwille van de verbeteringswerken die zouden uitgevoerd worden aan de Oostendse haven. In februari 1888 werd in de lokale krant ''La Feuille d’Ostende'' dan ook aangekondigd dat het oesterpark “Van Imschoot-De Brock et Cie” op 1 maart van dat jaar openbaar verkocht werd.<ref>[http://god.biboostende.be/ViewDocument.asp?FTCID=32820 La Feuille d’Ostende, 26 februari 1888.]</ref> |
==Referenties== | ==Referenties== |
Revision as of 11:39, 21 June 2012
Oesterpark “Van Imschoot-De Brock et Cie” (ca. 1852/1853-1888)
Rond 1852-1853 moet het oesterpark van “Van Imschoot-De Brock et Cie” aangelegd zijn bij de werf op het Hazegras, een wijk ten zuiden van het stadscentrum van Oostende.[1][2] De initiatiefnemers voor deze nieuwe kwekerij behoorden vermoedelijk tot de familie De Brock, die reeds sinds lange tijd een oesterput nabij het Sas van Slijkens openhielden, maar daarover bestaat geen zekerheid. Wat we wel weten is dat de kwekerij ”De Brock” vanaf ca. 1857 zeker uitgebaat werd door het koppel Charles Breydel en Honorina De Brock, maar dat voordien ook de echtlieden Silvie De Brock en Jean van Imschoot hierbij betrokken waren.[3][4][5][6][7] Misschien werd in de loop van de jaren 1850 wel gezamenlijk beslist om onder de naam “Van Imschoot-De Brock et Cie” een tweede oesterpark te beginnen op het Hazegras, een buurt die in deze periode een enorme bloei kende. De situering van het spoorwegstation daar zorgde immers voor een boom in de horeca activiteit. Dit maakte de wijk een ideale plaats voor lichte industrieën als brouwerijen en oesterkwekerijen, die in combinatie met de vele restaurants ideale toeristische trekpleisters waren.[8]
Hoe de ontstaansgeschiedenis van “Van Imschoot-De Brock et Cie” ook in elkaar zat, de uitbating van het complex werd door de familie De Brock waarschijnlijk al snel overgelaten aan anderen. Rond 1861 werd Ernest Janssens immers al aangeduid als directeur van de hele onderneming.[9] De naam van het bedrijf bleef echter het hele bestaan van de kwekerij lang “Van Imschoot-De Brock et Cie”, wat doet vermoeden dat de eigendomspapieren wel in handen bleven van de originele oprichters. Vanaf 1884 werd duidelijk dat het oesterpark, net als de kwekerijen van ”Desmet”, ”Roger-Lohr”, ”Stichert-Stracké” en ”De Brock”, zou moeten verdwijnen omwille van de verbeteringswerken die zouden uitgevoerd worden aan de Oostendse haven. In februari 1888 werd in de lokale krant La Feuille d’Ostende dan ook aangekondigd dat het oesterpark “Van Imschoot-De Brock et Cie” op 1 maart van dat jaar openbaar verkocht werd.[10]
Referenties
- ↑ Van Beneden, P.-J.; Van Iseghem, J. (1866). Rapport sur les parcs aux huîtres, à Ostende, in: (1866). Rapport de la Commission chargée de faire une enquête sur la situation de la pêche maritime en Belgique. pp. 61-64
- ↑ Halewyck, R.; Hostyn, N. (1978). Oostends oesterboek: historiek van de Oostendse oesterteelt vanaf de 18e eeuw tot op heden. Oostendse Heem- en Geschiedkundige Kring "De Plate": Oostende. 68, 34 pl. pp.
- ↑ Kadastraal Archief Provincie West-Vlaanderen, oesterpark De Brock.
- ↑ Rijksarchief Brugge, Burgerlijke stand, Overlijdensakte Silvie De Brock, Oostende, 29 september 1857.
- ↑ Rijksarchief Brugge, Burgerlijke stand, Overlijdensakte Jean Xavier Van Imschoot, Oostende, 30 september 1880.
- ↑ Rijksarchief Brugge, Burgerlijke stand, Huwelijksakte Honorina De Brock en Charles Breydel, Brugge, 24 april 1837.
- ↑ Stadsarchief Oostende, Documenten: met betrekking tot de oesterkwekerij gelegen tussen Oostende en Sas Slyckens.
- ↑ Hostyn, N. (1989). De oesterputten in Oostende in de 19de eeuw (II) Het Visserijblad 1989(03/03/89): 34-35.
- ↑ Handschriftencollectie UGent - Documenten Betreffende Oostende: Lauwers, J.B., Jugements prononcés par le tribunal de commerce d'Ostende, Gent, 1861.
- ↑ La Feuille d’Ostende, 26 februari 1888.
Meer weten
- Halewyck, R.; Hostyn, N. (1978). Oostends oesterboek: historiek van de Oostendse oesterteelt vanaf de 18e eeuw tot op heden. Oostendse Heem- en Geschiedkundige Kring "De Plate": Oostende. 68, 34 pl. pp.
- Hostyn, N. (1989). De oesterputten in Oostende in de 19de eeuw (II) Het Visserijblad 1989(03/03/89): 34-35.
- [ http://www.vliz.be/imis/imis.php?module=ref&refid=204024 Logghe, F. (1999). Het Hazegras. De verloren rijkdom van een wijk: een greep uit de geschiedenis. Oostendse Historische Publicaties, 5. Stadsbestuur Oostende: Oostende. 130 pp.]
- Van Beneden, P.-J.; Van Iseghem, J. (1866). Rapport sur les parcs aux huîtres, à Ostende, in: (1866). Rapport de la Commission chargée de faire une enquête sur la situation de la pêche maritime en Belgique. pp. 61-64
- La Feuille d’Ostende, 26 februari 1888.
- Handschriftencollectie UGent - Documenten Betreffende Oostende: map Huitres, document 0743.
- Handschriftencollectie UGent - Documenten Betreffende Oostende: Lauwers, J.B., Jugements prononcés par le tribunal de commerce d'Ostende, Gent, 1861.
- Stadsarchief Oostende, Briefwisseling concessie oesterputten Van Imschoot – De Brock (archiefbestanddeel van 1884 tot 1886).
- Stadsarchief Oostende, Documenten: met betrekking tot de oesterkwekerij gelegen tussen Oostende en Sas Slyckens.
- Stadsarchief Oostende, Kaarten en Plannen KP/J0066, Stad Oostende 1878.
- Stadsarchief Oostende, Kaarten en Plannen KP/G0102, Plattegrond Oostende 1856.